PO.0.0.37294-PO.0.0.37321

Gift van Forminière

De meeste van deze spitsen - werktuigen uit de Steentijd - staan geregistreerd als een gift van de Société interforestière et minière du Congo, kortweg Forminière. Dat mijn- en houtbedrijf werd in 1906 opgericht in de grondstoffenrijke Congolese provincie Kasaï, en kreeg van Leopold II een concessie om daar een aanzienlijk gebied te ontginnen. Deze voorwerpen (en zeer vele andere in de archeologische en geologische collecties van het museum) zijn uit dat gebied afkomstig. Als concessiehouder werd Forminière beschouwd als de schenker, maar in de praktijk waren het vaak tussenpersonen die dit soort voorwerpen opgroeven of via een netwerk ter plaatse verwierven. 

Belangrijke vondsten zonder context

Zo deed Maurits Bequaert, hoofd van de afdeling Prehistorie van het museum, in 1938-39 met steun van Forminière opgravingen in Kasaï. Heel wat van de spitsen in deze twee vitrines zijn toen in onze collectie terechtgekomen. Bequaert kreeg of kocht ook voorwerpen van dorpsbewoners, koloniale ambtenaren, missionarissen en collega-wetenschappers. De 18 spitsen bovenaan in de vitrine waren waarschijnlijk een gift van Ulysse Dropsy, een Franse geoloog die verbonden was aan het Muséum National d’Histoire naturelle in Parijs. Helaas is dat alles wat we weten over de omstandigheden waarin de spitsen werden verworven. Het gaat nochtans om belangrijke wetenschappelijke vondsten: het zijn typevoorbeelden van het Lupembiaan - een cultuur uit de Steentijd die genoemd is naar de Lupemba-vallei, waar ook deze spitsen gevonden zijn.